Ieder jaar komt er wel een nieuwe wet uit. Dit jaar is dat de WAB wet. Deze wet staat voor Wet Arbeidsmarkt in Balans, het is een hervorming van de WWZ (Wet Werk en zekerheid. Deze wet moest vanaf 2015 het inhuren van vast personeel aantrekkelijker maken. Het is belangrijk dat oproepkrachten meer zekerheid krijgen en de kans krijgen op een vast inkomen. De WAB, welke op 1 januari 2020 is ingegaan, moet dit bevorderen.
Waarom deze nieuwe wet?
De WWZ had als doel om de kloof tussen vaste- en flexcontracten te verkleinen. Op papier was dit een mooie droom, helaas is dit geen werkelijkheid geworden. De kloof tussen vaste- en flex krachten is alleen maar groter geworden. Met als gevolg, dat de arbeidsmarkt in Nederland uit balans is geraakt. Het is voor een werkgever vaak erg duur om een vaste kracht in dienst te nemen. Dit komt door de kosten en risico’s die vastzitten aan het aannemen van een vaste werknemer. Een werkgever kijkt meer naar de kosten, dan naar de aard van het werk. Hierdoor is het voor veel jonge werknemers lastig om een vast contract te krijgen, ze zijn vaak gedwongen om op flexibele basis te werken. Om ervoor te zorgen dat werkgevers meer vaste krachten in dienst nemen, heeft de overheid een nieuw pakket aan maatregelen samengesteld. Deze zijn vastgelegd in de zogenoemde Wet Arbeidsmarkt in Balans. Deze wet is er om het voor werkgevers aantrekkelijker te maken om een werknemer een vast contract aan te bieden.
Drie categorieën
De WAB wet is onderverdeeld in drie categorieën: ontslagrecht, flexwerk en WW.
Aangepast ontslagrecht
Doordat het voor een werkgever erg lastig was om een werknemer met een vast contract te ontslaan, werd er vooral voor oproepkrachten en flexwerkers gekozen. Voorheen waren de voorwaarden om vaste werknemers te ontslaan erg streng, deze zijn nu aangepast, indien een werkgever een werknemer wil ontslaan moet er aan een van de acht gronden voor ontslag worden voldaan.
Een nieuwe indeling van de WW-premie
De WW premie wordt voortaan berekend aan de hand van de contractvorm.
Flexwerk minder flexibel
Voorheen mochten werkgevers flexkrachten drie aaneengesloten contracten in maximaal twee jaar aanbieden. Nu moeten is dit aangepast naar drie aansluitende contracten in drie jaar. Oproepkrachten mogen niet alla minuut meer worden opgeroepen.
Recente reacties